Doorgaan naar hoofdcontent

Jan Marees (216) 1750-1821 koopt een huis

GROOTESLOOT
Dit is een voorbeeld van een bladzijde uit een voorlopig koopcontract van veertien bladzijden als je een woonhuis wilt kopen.1) En dan heb ik het nog niet eens over de extra voorwaarden! Toen wij ons eerste huis kochten in 1974 was het een A4-tje vol klein lettertjes met op de achterkant nog een stukje. Laten we eens kijken hoe dat langer geleden er aan toe ging.



Het is 15 april 1808, het is geheel bewolkt en het waait uit het westen. Jan Marees heeft een afspraak met schout en schepenen (ambtenaren, belast met bestuurlijke en gerechtelijke taken) om een huis te kopen in de polder I (dit is de letter I) te Zijpe, Noord-Holland. Deze transacties zijn nog terug te vinden in de zogenaamde Oude Rechterlijke Archieven want de meer moderne Notariële Archieven ontstaan pas vanaf 1811 als Napoleon het gehele ambtelijk apparaat vernieuwt. En van deze transactie heb ik een notitie gevonden. Ter wille van de leesbaarheid is dit de vertaling:
“Wij Hendrik de Carpentier Schout en Pieter …(onleesbaar, CB) Jochem Blaubour Scheepenen van de Zijpe en Hazepolder, verconden en erkennen, datvoor ons gecompareerd is Grietje Fielps Bijpost Woonende in de Zijpe Dewelke, naa dat aan ons De quitancie der laatste betaalde verponding was vertoond, verklaarde verkocht te hebben en mitsdien tot een vollen en vrijen Eigendom te Transporteeren en over te dragen, aan Jan Marees, mede in de ZijpeWonachtig, Een huismans wooning en Boet met Zeven en dertig Morgen 240 Roeden weid, Bosch en Zaadland, Staande en gelegen aan de Grootesloot in de Polder I in de Zijpe voornd belend Arien Sander ten Zuidwesten Jacob Geel ten Noordoosten en degroote Sloot ten Zuidoosten en dat voor eene somma van Drie Duizend vijfhonderd Guldens contant van welke koopschat de comparante verklaarde voldaan en wel betaald te zijn, de laatste Penning met den Eersten, dan neemende t voorsz verkochte te zullen Vrijen en Waaren van Lasten en bezwaaren, welke Daarop boven de oude transPorten mochten zijn of leggen onder verband van haar persone en Goederen als naar Rechten. Actum Sine fraude, dies ter oirconde 2) Zoo heb ik Schout, naa dat deze door Scheepenen voornoemd, behoorlijk was getekend, het gewone Zegel van onze Polder hier onder aangehangen, op den 15de April 1808 In kennisse van mij, Secretares” 3)

Een deel uit bovenstaande akte

Het lijkt een heel verhaal maar stelt eigenlijk niet veel voor: geen kadaster, alleen een beschrijving van de buren voor wat betreft de geschatte plek. Wat zullen er een ruzies geweest zijn over de juiste afmetingen van het grondbezit van mensen. Dankzij het Kadaster van 1832 heb ik wel de precieze plek aan de Grotesloot in Zijpe gevonden. Het pand bestaat helaas niet meer.
Maar goed, hoe ging het verder met Jan? Eerst maar eens kijken wat hij hier in de familie doet: Jansje Stütner is de grootmoeder van mijn vrouw van haar vaders kant >>> haar moeder is Trijntje Marees en haar vader is Jan Marees uit de Keins (zie  http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/12/een-biografie-van-jan-marees-54-1811.html  ) Zijn vader heet Dirk en is een zoon van onze Jan.

Bij het rode sterretje stond het huis van Jan

NOG EEN AKTE
’t Was halen en brengen aan het eind van de achttiende eeuw, voor wat betreft de welstand van Jan. Dat kunnen we opmaken aan de tarieven die hij moest betalen voor de verschillende huwelijken en begrafenissen binnen de familie, zo blijkt uit het gaardersboek. Dat kan te maken hebben gehad met de bezetting door de Fransen en de handelsblokkade door de Engelsen. En het viertal echtgenotes, dat hij versleet en niet heeft overleefd. De eerste twee stierven in het kraambed, de derde korte tijd na de geboorte van haar eerste kind. Na zijn overlijden in 1821 had notaris de Lange het er druk mee. In een akte van zestien bladzijden werd drie jaar later opgemaakt wie wat kreeg uit de nalatenschap. Want niet alleen Jan was enkele keren hertrouwd: zijn laatste echtgenote Dieuwertje Heinstman bracht nog minderjarige kinderen in uit een eerder huwelijk. Alleen zij overleefde hem.

Overlijdensbericht van Jan uit een onbekende krant (via CBG Centrum voor Familiegeschiedenis)

Bronnen:
1) Vereniging Eigen Huis
2) vrij vertaald: "de acte is naar waarheid opgemaakt, daarom ter bekrachtiging"
3) Oud Rechterlijk Archief Zijpe en Hazepolder Registers van Transporten 1597 tot 1811 archiefnummer 6543 image 214 en 215 via Regionaal Archief Alkmaar

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De biografie van mijn vader Johannes Jacobus (Jan) Barthel (4) 1903-1968 deel 3

DE TWEEDE WERELDOORLOG Inleiding Bij het verzamelen van gegevens rond de familie blijven veel vragen onbeantwoord. Het is immers kort na de oorlog - maar ook nog lang daarna - niet gebruikelijk dat er uitgebreid wordt stilgestaan bij de oorlogsperiode. “Het land moet worden opgebouwd; de handen uit de mouwen!” is het parool. Natuurlijk wordt er door de oud-verzetsstrijders wel herdacht, maar alleen tijdens de herdenking op 4 mei en op de vergaderingen en bijeenkomsten van de Bond van Oud Illegale Werkers (BOIW), waarvan mijn vader lid is geweest. Verder wordt er vooral gezwegen. Veel oud-verzetsstrijders komen daardoor in psychische problemen en ook mijn vader ontkomt niet aan een naoorlogse depressie. Dat is vanwege mijn toen nog jonge leeftijd mij ontgaan; mijn zus weet daarover te vertellen. Eigenlijk is het in het licht van de vooroorlogse jaren opmerkelijk dat degenen, die het meeste durfden, die de meeste onderduikers helpen, de communisten en de gereformeerden zijn, uiterst

Ging Opa Barthel in de fout?

Vaak kom ik niet in Haarlem en als ik er ben mag ik graag door de Zijlstraat lopen. Als jochie op de HBS bracht ik voor ƒ0,25 per boek bestellingen rond voor een boekhandel uit die straat. Nieuwe boeken roken toen een beetje naar melkchocola soms, of naar vanille, niet zo chemisch zoals nu.   Een straat met geschiedenis, denk maar aan de overval op het distributiekantoor van mijn vader in 1944 http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/08/de-biografie-van-mijn-vader-johannes_13.html . Via de Pandpoort liep ik ’s zaterdags naar de personeelsingang om mijn vader af te halen van zijn werk.    Pandpoort aan de Zijlstraat (Wikimedia, Publiek domein)   De straat komt uit op de Barteljorisstraat met het museum van Corrie ten Boom, ook vol geschiedenis. Mijn broer Wim en ik kochten in die straat onze rails voor de eerste opwindtreintjes van Fleischmann, later elektrisch.   In de Zijlstraat staat al eeuwenlang de herberg en verkooplokaal “De Gouden Leeuw”. De winkelpui beneden is vandaag de da