Doorgaan naar hoofdcontent

Een biografie van Pieter Rijntjes 112.1 (1812-1868)

DE BROER VAN
Waar vinden we Pieter terug in de familie? Kijk, dit is mijn schoonmoeder: Geertruida Cornelia (Truus) Rijntjes >>> haar vader Wilhelmus Cornelis (Willem) http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/07/een-biografie-van-wilhelmus-cornelis.html ; zijn vader Johannes Anthonius Rijntjes >>> en weer diens vader Jan Antonij Rijntjes. En hij had een broer Pieter. Nu is er niets mis met J.A. maar over Pieter valt nu eenmaal meer te vertellen.

SCHANDE
Het is 19 mei 1812. Met veel bravoure stapt Anthonius Rijntjes, een gegageerd (bezoldigd, CB) militair ruiter naar de ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de gemeente Utrecht om de geboorte van zijn kleinzoon Pieter aan te geven. 1) Moeder is Johanna Rijntjes, vader is onbekend.

de geboorteakte van Pieter Rijntjes in 1812

Vier jaar later doet Johanna het nog eens dunnetjes over en baart een tweede zoon, Jan Antonij 2), ook vader onbekend! Nu liggen tussen de geboorte en de dag van aangifte dertien dagen. Gewoonte was de vrouw, die op het punt stond te bevallen, flink onder druk te zetten om zo achter de naam van de vader te komen; dat was een uitgesproken werkje voor de vroedvrouw. In dat geval gaf Hanna blijkbaar ook geen krimp.

WONEN
Waar Pieter het geld vandaan haalde is me niet duidelijk: hij woonde al voor zijn dertigste heel netjes. Appartementen in de Amsterdamse Bloemstraat, Gelderschekade, Kerkstraat en Bantammerstraat gaan tegenwoordig makkelijk voor een half miljoen euro van de hand, zo leert een rondgang langs websites van diverse makelaars. En Pieter bewoonde met zijn gezin in zo’n pand met vier verdiepingen. 3) Hij was trouwens vaak niet thuis want in diverse geboorteaktes van de kinderen lezen we “vader afwezig” of “op zee”. Maar tussendoor was er genoeg tijd voor ontspanning. Hij en zijn vrouw Petronella Catharina Lambregts hadden zeven kinderen.

Kadijksplein, Amsterdam (Streetview)
GESLOOPT
Het is voorjaar en we zitten lekker in het zonnetje op een terras op het Kadijksplein en hebben een biertje voor ons. Aan de overkant van het water zien we het Scheepvaartmuseum en daarnaast ligt een replica van het VOC schip de Amsterdam, dat tijdens zijn eerste reis in 1749 verloren ging door een storm 4) Eerst nemen we nog een biertje en dan wandelen we de Hoogte Kadijk op om de Sibbelwoningen te gaan bekijken. Deze panden, een rij van veertig dijkwoningen werden in 1828 gebouwd als huisvesting voor de voormalige bewoners van de Rapenburgergracht (het huidige Entrepotdok) en de arbeiders van bierbrouwerij De Gekroonde Valk. De huizen werden in de jaren 1970 gekraakt en daarmee gered van de sloop. 4) De lucht betrekt en in deze tijd van het jaar heb je voordat je het weet een nat pak. We lopen naar de Vijzelstraat om daar in het Stadsarchief in het omnummeringsregister het oude adres op de Kadijk van Pieter te vinden. Helaas is dat niet gelukt. Zeker gesloopt.

Bron: Gemeente Archief Amsterdam

WE GAAN EEN STUKKIE VAREN
Maar wel schoon ondergoed meenemen want het is een heel eind. En we hebben een flink zeilschip onder de voeten namelijk de brik Triton van ruim 200 ton. Vertrekken doen we van de rede van Texel en de bestemming is Suriname. Daar aangekomen worden we op 29 augustus 1851 naar Amsterdam uitgeklaard met als lading: "309 vaten suiker (430,323 pond), 4 vaten Tonkaboonen (324 pond), 1 vat Huiden (1454 p.), 10 vaten Rum (1179 gallons), 23,435 pond kwassiehout, 927 pond Koper, 17 stukken Vierkant Hout , 2 kisten Koopmanschappen en 4 staven." 5) Op 11 oktober zijn we weer terug 6) en wij vinden het wel weer mooi geweest. Pieter is onderweg weer vader geworden 7) maar dat verhindert hem niet om plannen te maken voor meer nageslacht en de volgende reis: "Naar Suriname zal in de maand November vertrekken: De gekoperde, snelzeilende Brik Triton, Kapt. P.Rijntjes. Iemand Goederen derwaarts te laden hebbende of als Passagier wenschende mede te gaan"… enz. enz. 8)
Zo ziet een brik er uit:

de brik Niagara (Wikipedia, public domain)

Algemeen Handelsblad 8 september 1853

MET DE SURINAME NAAR SURINAME
Het extra snel zeilend gekoperd barkschip Suriname – later ook aan geprijsd als “hebbende uitmuntende inrigtingen voor den overvoer van passagiers” 10) – is op weg van Suriname naar Amsterdam als ze op 23 januari 1860 in een storm terecht komt. Als ze op 6 februari de haven van Cowes (Zuidwest Engeland) binnenloopt heeft ze verschansingen, kombuis en kluiverboom 11) verloren. Het schip zou ook lek de haven in gekomen zijn. 12) Maar wat is nu het bijzondere aan dat woord gekoperd? Gekoperd wil zeggen dat het schip beneden de waterlijn beslagen werd met koperen platen zodat er geen vuil, zeegroen en schelpen zich aan kon hechten, dat ten koste ging van de snelheid. Men had dat al in de achttiende eeuw ontdekt om Engelse oorlogsschepen sneller te laten varen.

Dit is 'm: de Suriname (Bron: Georg Biller, van Billerantik)

Die krantenadvertenties kun je op de website van Delpher vinden:  https://www.delpher.nl/ Zo ontdekte ik ook dat men soms in scheepstijdingen berichtte wanneer het ene schip het andere had gepraaid. 13) Op 8 november 1855 werd de Suriname met als kapitein onze Pieter – wie anders – gepraaid op circa 100 kilometer ten noordwesten van Porto 14) en eind juli 1856 400 kilometer ten noordwesten van de Azoren. 15)

ZEEMANSHOOP

Algemeen Handelsblad 10 augustus 1855

Het zal je maar gebeuren, wat we hier boven kunnen lezen. Daarom werden voor zeelieden de zeemanscolleges opgericht, verenigingen voor sociale zekerheid, ook voor nabestaanden. Verder stonden ze de leden bij met advies waarbij de omstandigheden in de zeevaart verbeterd werden. De leden betaalden jaarlijks een contributie. Bij ziekte en overlijden werd een bedrag uitgekeerd.

Zeemanshoop 17)

Ieder zeemanscollege had een eigen vlag, en iedere kapitein had een eigen nummer dat op die vlag werd aangebracht. De vlaggen waren simpel, omdat het nummer van grote afstand te lezen moest zijn. De kapiteinsvlag werd gehesen als het schip in zicht was, dus bij het binnenlopen of vertrekken van een haven of bij het tegenkomen van een schip op zee. De gezamenlijke colleges gaven een almanak uit waarin alle kapiteins en scheepsnamen waren opgenomen. Iedere kapitein had zo'n almanak bij zich, zo wist hij altijd wie hij op zee was tegengekomen. Bij de havens was een
Mag alleen door het college gebruikt worden 18)
aankomend of vertrekkend schip verplicht met de kapiteinsvlag te groeten en 21 saluutschoten af te vuren. Vergat men te groeten met de vlag dan kreeg de kapitein een boete van twee gulden. Als er iemand aan boord overleed terwijl men in een haven lag, werden er zeven treurschoten gelost en ging de kapiteinsvlag halfstok. 4) Pieter was lid van het Zeemanscollege Zeemanshoop en had kapiteinsnummer 744 en 366, resp. voor de Triton en de Suriname. 16)

EEN ANKER UITGOOIEN

Voorheen Café de Koophandel (Streetview)
We zijn een dagje uit in Hoorn. Wel eens gegeten bij restaurant de Hoofdtoren, lezer? Een aanrader. Vlakbij vind je de beeldjes van de scheepsjongens van Bontekoe uit het boek van Johan Fabricius. ’t Was een beetje dampige dag toen, in december 2013 en na de lunch liepen we naar het Roode Steen met het standbeeld van J.P. Coen, waarover nu zoveel is te doen en komen in de Nieuwstraat bij nummer 2, hoek Kerkplein maar dat heette vroeger Markt. Op 26 januari 1865 doopt notaris Gerrit Boldingh zijn pen in de inktpot en maakt een koopakte op voor dit pand, waarin Ruth Mauritz voor ƒ 8.000 de zaak verkoopt aan Pieter, die ƒ 2.000 contant betaalt en de rest in zes jaarlijkse termijnen van ƒ 1.000 tegen 5% rente per jaar. 19) Het blijkt te gaan om het Café de Koophandel met woonhuis, tuin en erf waar Pieter zijn anker uitgooit. 20) En hij vist nog veel meer op; zo koopt hij in 1866 nog een huis in de Peperstraat voor ƒ 600 en in 1868 voor ƒ 3.600 nog een huis, pakhuis, erf en grond aan de Nieuwstraat. 21) Bovendien leent hij aan diverse mensen nog eens ƒ 3.000 uit tegen onderpand van onroerend goed. 22)

MAAGPIJN

Opregte Haarlemsche Courant van 8 december 1862
Het product werd door de voorganger van Pieter verkocht dus je mag aannemen dat hij het ook heeft gedaan.

EN VERDER?
Notaris Gerrit Boldingh heeft een goede klant aan Pieter. Na diverse aktes met betrekking tot vastgoed en financiële transacties laat hij op 1 september 1868 zijn testament opmaken. 23) Daarin bepaalt hij dat een kwart van de nalatenschap naar zijn weduwe gaat en de rest naar de kinderen. Al spoedig daarna komt hij op 18 december 24) te overlijden en uit de akte van scheiding 23) blijkt de waarde van het vastgoed ƒ 13.000 te zijn, ƒ 5.000 obligaties, ƒ 3.000 roerende goederen, ƒ 6.000 kontanten en ƒ 2.000 leningen. De schulden zijn ƒ 6.000 zodat er ƒ 23.000 verdeeld moet worden. De helft is al voor de weduwe dus de kinderen krijgen elk ƒ 1.200.

Begin van de akte van scheiding nalatenschap Pieter Rijntjes 7 juli 1869

EEN ZAKENVROUW
En de weduwe? Die gaat in eerste instantie verder als koffiehuishoudster, zo lezen we in diverse notariële aktes maar in 1870 en daarna stoot ze het onroerend goed af 25) en belegt de opbrengst in meerdere leningen met hypothecaire zekerheid 26) en in obligaties. In 1877 hertrouwt 27) ze met Jan Thies, de havenmeester van Hoorn en conciërge op het raadhuis en trekt met twee dochters en een zoon bij hem in op de Zeedijk 28) nummer 30, waar ze op 24 januari 1890 komt te overlijden. 29) Vreemd genoeg koopt ze op 27 juni 1883 een huisje aan de Kleine Oost in Hoorn van de broer van Jan, Hendrik voor ƒ 800 tegen heel zachte voorwaarde: ze betaalt ƒ 100 en de rest mag ze schuldig blijven. Dat zoiets fiscaal was toegestaan in die tijd… 30). Misschien was het bedoeld voor één van haar kinderen want dat heeft ze al eerder gedaan (zie verderop). In ieder geval verkoopt ze het pandje op 27 april 1888 voor ƒ 1.300 aan politieagent Peter de Rooij. 31) Een mooie deal.

Kleine Oost 35, Hoorn (Bron:Hoorn, Huizen, Straten, Mensen - momenten uit de geschiedenis van monumenten, pag. 204. Uitgave Vereniging Oud Hoorn i.s.m. Stichting Stadsherstel, 1982)

Als notaris Boldingh de akte van scheiding opmaakt blijkt er nog een pand in Nieuwendiep te zijn van ƒ 2.500 (hier woont dochter Cornelia Susanna Wilhelmina met haar man), ruim ƒ 22.000 obligaties en ƒ 3.500 leningen zodat iedereen ƒ 4.000 krijgt.

DE RUSSEN KOMEN
Sommigen van de lezers weten dat ik mijn arbeidzame leven heb doorgebracht op een bank; ik heb er zelfs mijn lief gevonden, men noemde dat toen een bankstel. Eens, het was op het kantoor Waddinxveen, werd ik geconfronteerd met een cliënt, die uit was op het bezit van de bureaulamp op mijn spreekbalie. Nu had ik aan het ding een hekel en zag ik mijn kans schoon omdat ik wist dat de man stapels oude en waardeloze Russische obligaties bezat. En zo hangen er na de ruil twee van die spoorwegleningen aan de wand van mijn werkkamer. Zoals gezegd, absoluut waardeloos en voor de liefhebber een plaatje. Ik kom hier op omdat in beide nalatenschappen van Pieter en zijn vrouw beleggingen in Russische belangen voorkomen. Toen nog interessant, dat wel.

een 2.000 rijksmark (ƒ 1.180) eeuwigdurende 4% obligatie Wladikawkas spoorwegmaatschappij




Bronnen:
1) Burgerlijke Stand Geboorten Utrecht aktenummer 442
2) Burgerlijke Stand Geboorten Utrecht aktenummer 189
3) Bijvoorbeeld: Bevolkingsregister Amsterdam 1851-1853 blad 1223
4) Wikipedia
5) Surinaamse Courant van 30 augustus 1851
6) NRC van 13 oktober 1851
7) Cornelia Susanna Wilhelmina Rijntjes, geboren 9 september 1851, Burgerlijke Stand Amsterdam aktenummer niet bekend register 5 via Familysearch image 207
8) Opregte Haarlemsche Courant 21 oktober 1851
9) Algemeen Handelsblad 8 september 1853
10) Opregte Haarlemsche Courant van 7 mei 1863
11) De kluiverboom is, in scheepstaal, een wegneembare boegspriet, waarop de kluiver kan worden gevoerd. Bij schepen met een vaste boegspriet is de kluiverboom een verlenging van die boegspriet. (Wikipedia)
12) Rotterdamsche Courant 9 februari 1860
13) Praaien is het aanroepen van een ander schip op zee. Het komt van het Oudnederlandse werkwoord prejen, wat vérspreken betekent. (Wikipedia)
14) Rotterdamsche Courant van 5 december 1855
15) Rotterdamsche Courant van 2 augustus 1856
16) Piet’s Scheepsindex
17) Collectie Stadsarchief Amsterdam Dilcher H. Seyffardts's boekhandel 1851 1857 Prins Hendrikkade Adam afbeelding 010194001199
18) Ik heb hier uitdrukkelijke toestemming gekregen van het college; denk aan het auteursrecht, je loopt bij overname kans op een factuur. Deze vlag mag door niemand gebruikt worden, anders dan het college zelf.
19) Notarieel Archief Hoorn toegangs nummer 1686-10 inventaris nummer 52 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 36 d.d. 28-01-1865 via Westfries archief image 60 en verder
20) Plattegrond van Hoorn 1888 via Hisgis
21) Notarieel Archief Hoorn toegangsnummer1686-10 inventaris nummer 65 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 145 d.d. 07 juli 1869 via Westfries archief image 31 en verder
22) Notarieel Archief Hoorn toegangsnummer1686-10 inventaris nummer 18 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 7, 87 en 223 via Westfries archief
23) Notarieel Archief Hoorn toegangsnummer1686-10 inventaris nummer 65 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 145 d.d. 07 juli 1869 via Westfries archief image 31 en verder
24) Burgerlijke Stand Overlijden Hoorn aktenummer 326
25) Notarieel Archief Hoorn kantoor 1 toegangsnummer 1686-67 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 170 d.d. 02 november 1870 via Westfries Archief image 198 en andere aktes
26) Notarieel Archief Hoorn kantoor 1 toegangsnummer 1686-77 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 229 d.d. 30 oktober 1873 via Westfries Archief image 150 en andere aktes
27) Burgerlijke Stand Huwelijken Hoorn aktenummer 38
28) Bevolkingsregister Hoorn 1860-1900 folio 43 image 42
29) Burgerlijke Stand overlijden Hoorn aktenummer 31
30) Notarieel Archief Hoorn kantoor 1 toegangsnummer 1686-104 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 261 d.d. 27 juni 1883 via Westfries Archief image 165
31) Notarieel Archief Hoorn kantoor 1 toegangsnummer 1686-119 notaris Gerrit Boldingh aktenummer 135 d.d. 27 april 1888 via Westfries Archief image 38

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De biografie van mijn vader Johannes Jacobus (Jan) Barthel (4) 1903-1968 deel 3

DE TWEEDE WERELDOORLOG Inleiding Bij het verzamelen van gegevens rond de familie blijven veel vragen onbeantwoord. Het is immers kort na de oorlog - maar ook nog lang daarna - niet gebruikelijk dat er uitgebreid wordt stilgestaan bij de oorlogsperiode. “Het land moet worden opgebouwd; de handen uit de mouwen!” is het parool. Natuurlijk wordt er door de oud-verzetsstrijders wel herdacht, maar alleen tijdens de herdenking op 4 mei en op de vergaderingen en bijeenkomsten van de Bond van Oud Illegale Werkers (BOIW), waarvan mijn vader lid is geweest. Verder wordt er vooral gezwegen. Veel oud-verzetsstrijders komen daardoor in psychische problemen en ook mijn vader ontkomt niet aan een naoorlogse depressie. Dat is vanwege mijn toen nog jonge leeftijd mij ontgaan; mijn zus weet daarover te vertellen. Eigenlijk is het in het licht van de vooroorlogse jaren opmerkelijk dat degenen, die het meeste durfden, die de meeste onderduikers helpen, de communisten en de gereformeerden zijn, uiterst

Ging Opa Barthel in de fout?

Vaak kom ik niet in Haarlem en als ik er ben mag ik graag door de Zijlstraat lopen. Als jochie op de HBS bracht ik voor ƒ0,25 per boek bestellingen rond voor een boekhandel uit die straat. Nieuwe boeken roken toen een beetje naar melkchocola soms, of naar vanille, niet zo chemisch zoals nu.   Een straat met geschiedenis, denk maar aan de overval op het distributiekantoor van mijn vader in 1944 http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/08/de-biografie-van-mijn-vader-johannes_13.html . Via de Pandpoort liep ik ’s zaterdags naar de personeelsingang om mijn vader af te halen van zijn werk.    Pandpoort aan de Zijlstraat (Wikimedia, Publiek domein)   De straat komt uit op de Barteljorisstraat met het museum van Corrie ten Boom, ook vol geschiedenis. Mijn broer Wim en ik kochten in die straat onze rails voor de eerste opwindtreintjes van Fleischmann, later elektrisch.   In de Zijlstraat staat al eeuwenlang de herberg en verkooplokaal “De Gouden Leeuw”. De winkelpui beneden is vandaag de da