Doorgaan naar hoofdcontent

Evert Wessels Veurink (376) 1719-na 1775

VEUREN
We rijden met een boerenwagen (in plaatselijk dialect: veuren 1) ) en we willen de Overijsselse Vecht oversteken. Daarom hebben we twee paarden voor de kar gespannen om de overkant te bereiken om met wat schapen over het Stoetenhoekje 2) de wasplaats in de rivier te bereiken. ’t Is mooi lenteweer en de golfjes van de stroom kabbelen rustig voort, spiegelend in het zonnelicht. Maar plotseling worden de paarden door de spiegeling verblind en verzetten geen poot, pardon geen been meer. Na talloze pogingen moet de veerboot er aan te pas komen om de boel aan de gang te krijgen.

STOETEN HOEKJE
Het is 15 juli 1767 en de dauw hangt nog over het veld vanwege een koude en natte noordwesten wind, mooi weer om een erfenis te verdelen. En dat klopt ook wel een beetje want we zitten hier met elf partijen aan de tafel, waaronder erfgenamen maar ook Goeds Heeren, zeg maar herenboeren, die de Rhesermarsch – een gezamenlijk door de jaren verkregen boereneigendom – willen gaan verdelen. En onze Evert hoort met zijn erve “Rotgerink nu genaamd Verink” bij de Rhesermarsch en ontvangt dus ook een deel; welk deel, dat vermeldt de historie helaas niet 3).



Het Erve Veurink (beide foto's zijn uit eigen werk)

Een klein stukje land blijft echter uitgezonderd van de verdeling “dat voor aan op de Mars is leggende en in de wandelinge Stoeten Hoekje genaamd word, op de Mars met piquet paaltjes uitgebaakt, dat voor altoos in het gemeen zal blijven leggen, om daar over een wagen weg en een schaap- en wasstede na de Vegt te houden” 4). Dat we het “voor altoos” met een korreltje zout moeten nemen blijkt later, als we in “Het Boek van Rheeze en Diffelen” lezen dat het tegenwoordig privébezit is.

HET ERVE OTTEN
Evert boert goed: nog geen dertig jaar oud, getrouwd met Hadewich Berents Scholten en ze hebben twee kinderen. Daarnaast heeft hij nog een meid en vier bedienden in dienst op het erve Otten 5). Hij bewoont het erve niet als eigenaar maar als meier, als rentmeester want het goed is in het bezit van I.R. van Raesfelt, heer van Heemse. En in 1756 besluit deze het te verhuren “aen Jan Dirksen Krainest en Willempien Jansen, egteluijden, welke ook bij teekeninge deezes bekennen gehuurd te hebben, mijn erve en goed Helking of Otten genaamd, geleegen in de buurschap Rheeze, zooals hetzelve teegenswoordig door Evert Wessels meijerswijze word bewoond en gebruikt.” 6) Evert kan zijn koffers pakken en of hij daarna meteen naar de Rhesermarsch verhuist is niet bekend.

Het Erve Otten (Bron: Streetview)
Evert is de opa van de opa van de oma van mijn moeder

Bronnen:
1) Het Boek van Rheeze en Diffelen blz.158
2) Op 15-02-2018 heb ik bij de Stichting Historische Projecten (SHP) in Hardenberg gevraagd, waar dit stukje land ligt. Dit is niet bekend en ook de huidige eigenaar, de familie Dorgelo weet het niet.
3) Rechtelijk Archief Schoutambt Hardenberg inventarisnummer 13, periode 5 augustus 1767 t/m 21 december 1768 Samenvatting van de akten door Gezinus Grissen via historischeprojecten.nl
4) Heerscopinc: Echteler, Klein-Ringe, Rheeze Door Bert J. Finke via Google books
5) De registers van ingezetenen van 't Schoutambt Hardenberg (1748) aangevuld met genealogische gegevens door Erwin Wolbink en Dinah Hesselink-Zweers via Historischeprojecten.nl
6) Het geheugen van Hardenberg via de website van Historischeprojecten.nl

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De biografie van mijn vader Johannes Jacobus (Jan) Barthel (4) 1903-1968 deel 3

DE TWEEDE WERELDOORLOG Inleiding Bij het verzamelen van gegevens rond de familie blijven veel vragen onbeantwoord. Het is immers kort na de oorlog - maar ook nog lang daarna - niet gebruikelijk dat er uitgebreid wordt stilgestaan bij de oorlogsperiode. “Het land moet worden opgebouwd; de handen uit de mouwen!” is het parool. Natuurlijk wordt er door de oud-verzetsstrijders wel herdacht, maar alleen tijdens de herdenking op 4 mei en op de vergaderingen en bijeenkomsten van de Bond van Oud Illegale Werkers (BOIW), waarvan mijn vader lid is geweest. Verder wordt er vooral gezwegen. Veel oud-verzetsstrijders komen daardoor in psychische problemen en ook mijn vader ontkomt niet aan een naoorlogse depressie. Dat is vanwege mijn toen nog jonge leeftijd mij ontgaan; mijn zus weet daarover te vertellen. Eigenlijk is het in het licht van de vooroorlogse jaren opmerkelijk dat degenen, die het meeste durfden, die de meeste onderduikers helpen, de communisten en de gereformeerden zijn, uiterst

Ging Opa Barthel in de fout?

Vaak kom ik niet in Haarlem en als ik er ben mag ik graag door de Zijlstraat lopen. Als jochie op de HBS bracht ik voor ƒ0,25 per boek bestellingen rond voor een boekhandel uit die straat. Nieuwe boeken roken toen een beetje naar melkchocola soms, of naar vanille, niet zo chemisch zoals nu.   Een straat met geschiedenis, denk maar aan de overval op het distributiekantoor van mijn vader in 1944 http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/08/de-biografie-van-mijn-vader-johannes_13.html . Via de Pandpoort liep ik ’s zaterdags naar de personeelsingang om mijn vader af te halen van zijn werk.    Pandpoort aan de Zijlstraat (Wikimedia, Publiek domein)   De straat komt uit op de Barteljorisstraat met het museum van Corrie ten Boom, ook vol geschiedenis. Mijn broer Wim en ik kochten in die straat onze rails voor de eerste opwindtreintjes van Fleischmann, later elektrisch.   In de Zijlstraat staat al eeuwenlang de herberg en verkooplokaal “De Gouden Leeuw”. De winkelpui beneden is vandaag de da