Doorgaan naar hoofdcontent

Een biografie van Christiaan Barthel Sr. (64) 1786-1819

EEN RAMP!
In het Leidse doopboek Gereformeerden van de Hooglandse Kerk staat in 1808 een proclamatie, die luidt als volgt: “Deze Kerk, na den ramp van den 12en Jann. 1807 weder hersteld zijnde, en dus vernieuwd, is daarin voor de Eerste reize de Openbare Godsdienst oeffening gehouden op den 9en Octob. 1808."
Wat was dat dan voor ramp?

Lodewijk Napoleon bezoekt Leiden 7)

Op 12 januari 1807 ontploft aan het Steenschuur een kruitschip. Een complete woonwijk wordt weggevaagd en overal in de stad lopen gebouwen schade op. Er vallen 2000 gewonden en ongeveer 160 mensen vinden de dood. Koning Lodewijk Napoleon is binnen enige uren ter plekke en geeft persoonlijk leiding aan het reddingswerk. De nieuwe koning wint er de harten van de bevolking mee. De buskruitramp markeert een dieptepunt in de Leidse geschiedenis. Op zich is de ramp al vreselijk en tegelijkertijd biedt het rampgebied een treffende illustratie aan van de desolate staat waarin de stad zich dan bevindt. Omdat er vanwege de geringe economische activiteit door de oorlog geen belangstelling is voor meer woningen wordt er later een nieuw academisch gebouw neergezet. De stad is te arm om iets met de lege plek te doen en voorlopig wordt de leegte gebruikt als exercitieterrein voor garnizoen en schutterij. Pas in 1859 wordt het Kamerlingh Onnesgebouw opgericht en aan de rand van de ruïne verrijzen vanaf 1883 scholen en universiteitsgebouwen. In 1884 wordt tegenover de plaats van de ramp een standbeeld opgericht met daar omheen een park, waar jaarlijks het beleg en ontzet van Leiden wordt herdacht. Aan de buskruitramp herinnert slechts een simpele plaquette in de kademuur. 1)
Bovengenoemde kerk staat op een afstand van ongeveer 200 meter van de plaats van de ramp en de familie woonde niet ver verwijderd hiervan.

ZEKERHEDEN
Het zijn barre tijden in de eerste helft van de negentiende eeuw: geen AOW, geen pensioen, geen ziektekostenverzekering, nauwelijks medische verzorging en dan nog al die akelige ziektes zoals cholera of de pest. Het is dan ook begrijpelijk dat men pas een relatie aanging, als je zeker wist dat er nakomelingen konden worden geproduceerd. De kinderen werden immers als zekerheid beschouwd, dat je verzorging bij het ouder worden was gewaarborgd. Vaak bleven ze dan ook nog lang in het ouderlijk huis wonen. En zo staan Christiaan en zijn vrouw Helena de Haaij in 1808 voor het Gerecht om in het huwelijk te treden; geld hadden ze niet  en beiden hadden als getuige hun moeder meegenomen. 2) Helena was zes maanden zwanger.

NOG EEN RAMP
De oudste krant uit Leiden is de Opregte Leydse Courant. Het eerste nummer van deze krant verscheen op 13 augustus 1686 en werd gedrukt door de Leidse boekverkoper Daniel van Gaesbeeck. De krant opende, zoals te doen gebruikelijk in die tijd, met internationaal diplomatiek en militair nieuws. Ook familieadvertenties verschenen er en zo lezen we in deze krant van 12 mei 1819:


IETS TE VEEL GENEGENHEID
En zwanger was ze ook in 1827 terwijl ze al acht jaar weduwe was. Eind van dat jaar werd haar kind geboren, en uit de geboorteakte blijkt dat de vader niet bekend was. Aangeefster was de vroedvrouw, Alida Verhorst. Uit het feit dat ze haar zoon Arnoldus noemde – naar zijn grootvader – lijkt het, dat ze de vader niet kende of wilde kennen, want dat soort vernoemingen was zo de gewoonte. En ze zal heus wel geweten hebben wie de vader was. Omdat ze bevallen is in het huis van Daniël Verhoeven, haar aanstaande tweede man, zou hij het kunnen zijn. Dus waarom heeft hij het kind dan bij het huwelijk in 1829 niet erkend? 3)

LEFGOZER
De Slaaghsloot ligt in Leiden-noord: vroeger behoorde dit gebied tot Oegstgeest, voordat het werd geannexeerd. En daar doet men op 11 september 1829 een gruwelijke ontdekking. In het water vindt men ’s morgens om zeven uur het verdronken lijk van ene Margaretha Smit. En waar past zij in dit verhaal? Welnu, zij was gehuwd met bovengenoemde Daniël Verhoeven, Lena’s aanstaande tweede man. 4) En wat opvalt is dat Daniël slechts twee maanden na het overlijden van Margaretha al in het huwelijk treedt. 5) ’t Zal toch niet, dat… Welnee, Daantje flikt trouwens hetzelfde kunstje na het overlijden van Lena op 29 september 1831 en treedt op 17 november - dus na zes weken al - van dat jaar in het huwelijk met Trijntje Poelijoe. Lefgozer.

Bronnen:
1) Historische Canon van Leiden
2) Impostregister 1806-1812 image 15 Erfgoed Leiden e.o.
3) BS Geboorten Leiden aktenr. 1037
4) BS Overlijden Oegstgeest en Poelgeest aktenr.63
5) BS huwelijken Leiden aktenr.217
6) BS Huwelijken Leiden aktenr. 16
7) Schilderij van Carel Lodewijk Hansen via Wikipedia (Public domain)

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De biografie van mijn vader Johannes Jacobus (Jan) Barthel (4) 1903-1968 deel 3

DE TWEEDE WERELDOORLOG Inleiding Bij het verzamelen van gegevens rond de familie blijven veel vragen onbeantwoord. Het is immers kort na de oorlog - maar ook nog lang daarna - niet gebruikelijk dat er uitgebreid wordt stilgestaan bij de oorlogsperiode. “Het land moet worden opgebouwd; de handen uit de mouwen!” is het parool. Natuurlijk wordt er door de oud-verzetsstrijders wel herdacht, maar alleen tijdens de herdenking op 4 mei en op de vergaderingen en bijeenkomsten van de Bond van Oud Illegale Werkers (BOIW), waarvan mijn vader lid is geweest. Verder wordt er vooral gezwegen. Veel oud-verzetsstrijders komen daardoor in psychische problemen en ook mijn vader ontkomt niet aan een naoorlogse depressie. Dat is vanwege mijn toen nog jonge leeftijd mij ontgaan; mijn zus weet daarover te vertellen. Eigenlijk is het in het licht van de vooroorlogse jaren opmerkelijk dat degenen, die het meeste durfden, die de meeste onderduikers helpen, de communisten en de gereformeerden zijn, uiterst

Ging Opa Barthel in de fout?

Vaak kom ik niet in Haarlem en als ik er ben mag ik graag door de Zijlstraat lopen. Als jochie op de HBS bracht ik voor ƒ0,25 per boek bestellingen rond voor een boekhandel uit die straat. Nieuwe boeken roken toen een beetje naar melkchocola soms, of naar vanille, niet zo chemisch zoals nu.   Een straat met geschiedenis, denk maar aan de overval op het distributiekantoor van mijn vader in 1944 http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/08/de-biografie-van-mijn-vader-johannes_13.html . Via de Pandpoort liep ik ’s zaterdags naar de personeelsingang om mijn vader af te halen van zijn werk.    Pandpoort aan de Zijlstraat (Wikimedia, Publiek domein)   De straat komt uit op de Barteljorisstraat met het museum van Corrie ten Boom, ook vol geschiedenis. Mijn broer Wim en ik kochten in die straat onze rails voor de eerste opwindtreintjes van Fleischmann, later elektrisch.   In de Zijlstraat staat al eeuwenlang de herberg en verkooplokaal “De Gouden Leeuw”. De winkelpui beneden is vandaag de da