Doorgaan naar hoofdcontent

Een biografie van Petrus Johannes Barthel Sr. (16) 1850-1930

Kijk, het is midden december 1850 en daar komt P.J. senior ter wereld, nummer zeven in een rij van negen kinderen van vader Christiaan en moeder Johanna Maria Hagemans, daar aan de Kraayenhorstergracht in Haarlem.1)

OMA DE MEY
Op vrijdag 15 september 1871 trekt notaris Herman Obreen zijn jas aan en wandelt van zijn kantoor aan het Rapenburg – of misschien wel per koets, gezien zijn bijbanen en maatschappelijke functies zal hij niet onbemiddeld zijn geweest – naar het Arme Mannen- en Vrouwenhuis aan de Herengracht 2). Hij heeft daar een afspraak met Teuntje de Mey, die niet in staat is met het huwelijk van haar kleinzoon als enig overgebleven grootouder in te stemmen. De ouders van P.J. Sr. zijn namelijk al overleden en dus moet er een notariële akte komen waarin dit wordt geregeld. Blijkbaar is het ongerief van lichamelijke aard want Teuntje weet nog een keurige handtekening op de akte te produceren op haar leeftijd van 81. Ze zal de 92 nog halen!

CRISIS
Dus staan de nog net minderjarige P.J. - vrijgesteld van dienst in het leger vanwege broederdienst - en zijn zwangere bruid Petronella Verrijk voor de ambtenaar der Burgerlijke Stand. Ze hadden het niet best, zo blijkt uit de beide aktes van onvermogen, die bij de trouwakte zijn gevoegd. Dat was overal zo, er was wereldwijd crisis door de protectionistisch maatregelen en de sociale malaise, ondanks de latere uitvindingen aan het eind van de negentiende eeuw. Pas na de tweede industriële revolutie na de eerste wereldoorlog ging het beter 3).

IN DE KRANT
Op 9 februari 1904 staat er in het Haarlems Dagblad een oproep ter ondersteuning “van den ouden de Graaff, den krantenombrenger, het magere manneke met den hoogen pet op ’t hoofd, een pak nieuwsbladen onder den arm, dagelijks van ’s morgens vroeg” enz. enz. De man blijkt ziek te zijn en kan zijn werk niet meer doen. Een lezer roept “mede-Courantenlezers” op zich om de man te bekommeren en zodanig “plannen te beramen om hem een rustigen ouden dag te bezorgen”. Of dat gelukt is vermeldt de historie niet; ondertekend door P.J. Barthel.

HET EINDE
Aan de Gasthuisvest 47 in Haarlem staat het neoklassieke gebouw, dat volgens de gevelsteen in 1871 in gebruik is genomen als Sint-Elisabeth Gasthuis en volgens de overlijdensakte van 11 juli 1930 is P.J. daar ’s avonds om half negen overleden.4)

Bronnen:
1) BS Geboorten Haarlem aktenr.16-12
2) http://www.janvanhout.nl/pluche7/pers/plup_obreen_1075.htm
3) Geschiedenis van de Wereld deel 102 blz.2022 e.v.
4) BS Overlijden Haarlem aktenr.759

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De mezenkast Update 18 juli 2021

In maart kreeg ik voor mijn verjaardag een mooi cadeau: een minicamera voor de mezenkast in de lijsterbes in de achtertuin. Daar hebben we al jaren succesvolle broedsels van koolmezen.  Aanvankelijk bleef de kast dit jaar onbewoond vanwege de kou in de lente maar half april was het zo ver. Er werden wat takjes naar binnen gegooid, die af en toe weer werden verplaatst.   Hoopvol keken we regelmatig naar het scherm van de iPad: er gebeurde niets meer.   “Zeker opgevreten door de katten” , mopperden we, hoewel we toch een kattengordel om de stam van de boom hadden laten bevestigen.  Tot onze verbazing bleken de koolmezen vorige week toch weer aan het werk te zijn gegaan. Of het ging om het zelfde koppel is niet bekend. Ze hebben ten slotte geen rugnummer.   Intussen is er een laag van mos, kleine takjes en hondenhaar ontstaan, dat door het vrouwtje wordt verbouwd tot een nestje. We noemen haar Neeltje.  De rol van de man (Arie) is tot nu toe alleen die geweest van – mede - aangever van

Ik had een oom...

Lang geleden maakte de schrijver Godfried Bomans deel uit van een panel in het radioprogramma Kopstukken. Mensen uit het publiek konden hem vragen stellen en vaak begon Bomans na enkele seconden wachten met "Ik had vroeger een oom..." om daarmee zijn betoog te beginnen. Nu had ik vroeger óók een oom en die bezat een motor, kijk maar: We zien hier Hendrik Christiaan (Henk) Barthel, een broer van mijn vader. De motor is een 500CC TWN S uit 1925, topsnelheid 130 kilometer per uur; TWN staat voor Triumph Werke Nürnberg. Waarom nu dit verhaal? Welnu, onlangs wilden mijn oudste zoon en zijn vriend mijn gereedschapskist lenen om een oude motor aan de praat te krijgen, die de vriend op de kop had getikt. Na enig sleutelen was hij erin geslaagd en het één en ander is op film vastgelegd. Zet het volume van je luidsprekers maar wijd open en luister vooral naar de claxon. Enjoy!