Doorgaan naar hoofdcontent

Een biografie van Roelof Peters Nieboer (160) 1742-1834

Even kijken hoe het ook alweer zit:
Mijn moeder Willempje Nieboer
Haar vader Hendrik Wilhelm
Zijn vader Elbert
Zijn vader Roelof
Zijn vader Elbert
en dan deze Roelof

EEN LANG VERHAAL
We zitten weer eens bij de notaris. Deze keer is het Antoni Derk Steven Colenbrander in Nijkerk, die de volgende Memorie van aangifte van successie heeft laten opmaken:

Een deel van de Memorie van Successie van Roelof Peters Nieboer

“De ondergetekenden
Gerarda Nieboer, weduwe van Johan David Reichard, buiten beroep, wonende te Nijkerk, benevens Roelof Nieboer, beurtschipper en Maria Nieboer, zonder bepaald beroep, beide mede te Nijkerk woonachtig, eerstgemelde zoo voor zich als in zijne hoedanigheid als voogd over zijne nog minderjarige broers en zusters, met namen: Hermanus - Neeltje - Peter en Willem Nieboer, te zamen ter zake dezes domicilie kiezende ten kantore van den Notaris Colenbrander te Nijkerk, verklaren mits dezen:
Dat Roelof Nieboer, in leven oudschipper gewoond hebbende te Nijkerk, aldaar op den 5 Februarij 1834 is overleden;
- dat als erfgenamen bij versterf tot zijnen nalatenschap zouden zijn geregtigd geweest, voor de eene helft zijne dochter Gerharda Nieboer voornoemd, en voor de wederhelft de zes nagebleven kinderen zijns vooroverledenen zoons, wijlen Elbert Nieboer, gezegde Roelof - Maria - Hermanus - Neeltje - Peter en Willem Nieboer;
Dat echter naar aanleiding der uiterstewilsbeschikking door den erflater op den 1 October 1831 voor den Notaris Colenbrander te Nijkerk en getuigen in openen vorm verleden en den 1 April 1834 aldaar geregistreerd, door zijne weduwe Neeltje Elberts de Wit het vruchtgebruik zijner nalatenschap wordt genoten, terwijl hij bij dat zelfde testament, heeft geprelegateerd 1):
1º aan de eerstgenoemde erfgeefster Gerharda Nieboer zijne helft in het huis met erve en tuin staande te Nijkerk aan de Kolkstraat, factie B Nº 823, voor 't geheel tot de tusschen hem en gemelde zijne tegenwoordige weduwe N.E. de Wit
… hebbende gemeenschap van goederen behorende, en daarom voor de helft de erflaters in eigendom: - doch behoudens voorzeid vruchtgebruik.
2º aan de gezamentlijke afkomelingen zijns voorovereledenen zoons, wijlen Elbert Nieboer, zijn aandeel, zijnde de helft in zekere uitgemelde gemeenschap aan deszelven verstrekte som in contanten; - terwijl overigens deze nalatenschap door eerstgemelde aangeefster voor de eene en door de afkomelingen van wijlen gezegden Elbert Nieboer voor de wederhelft wordt verkregen, en tot dezelve geen andere vaste goederen behooren.
Overigens verklaren de aangevers, dat door dit overlijden geen fidei commis 2) is gedevolveerd 3), geen vruchtgebruik vervallen, geen eigendom van lijftochtelijk capitaal of goed overgegaan en dat ook door niemand anders eenig voordeel uit deze nalatenschap wordt getrokken.
Nijkerk op 22 Mei 1834”

De conclusie is dat er nog één erfgenaam in leven is: Gerarda. Elbert is immers in 1833 overleden en de andere kinderen zijn jong en kinderloos gestorven. Gerarda krijgt dus de helft en de zes kinderen van Elbert de andere helft, maar niet eerder dan na het overlijden van Roelofs echtgenote. En dat gebeurt dan ook een half jaar later: weer naar de notaris dus.

DE WITTE TOREN
Door de inkomsten van de Arkervaart (lees nog even  http://barthelgezocht.blogspot.com/2018/08/roelof-nieboer-40-1812-1887.html ) en omdat er veel geld werd verdiend met de teelt van tabak was er een ideaal ogenblik gekomen om tegemoet te komen aan de wens van het gemeentebestuur om een klokkenspel te laten gieten. In 1773 kwam daar een goede aanleiding voor: de Amsterdamse architect Jan Bolten waarschuwde ervoor dat de torenspits bij een flinke storm zou instorten.

De Grote Kerk met de oude toren (Door Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=23699754)

Hierop werd besloten dat er een nieuwe bovenbouw op de toren moest komen. De aannemer Barend Brouwer uit Hoorn mocht het werk uitvoeren, voor het bedrag van f. 30.500. In 1774 werd de oude toren afgebroken tot op 19 meter hoogte. De scheiding tussen de 15e-eeuwse en 18e-eeuwse stenen is nog altijd goed te zien. Op 30 november 1774 was de afbraak gereed. De opbouw begon op 15 maart 1775. Tijdens de werkzaamheden kwam stadhouder Willem V naar Nijkerk om het werk te aanschouwen. Op 1 september 1776 was de nieuwe toren klaar. Het ontwerp was geïnspireerd op verschillende Amsterdamse torens. De Nijkerkse toren doet bijvoorbeeld denken aan de Montelbaanstoren, maar vertoont ook elementen die bij de Oudekerkstoren, de Zuiderkerkstoren en de Munttoren voorkomen. Er komen classicistische elementen in voor, zoals de pilasters (pijler in de wand) met de Ionische (je weet wel, zo’n zuil met die krulletjes) bekroning aan weerszijden van de wijzerplaten en het fronton (bekroning van een venster) daarboven. Daartegenover staat echter de schuine belijning van de dubbele lantaarn en de ronding van het fronton. De toren is afgewerkt met enkele zeer gematigde barokke elementen, waarbij de guirlandes van tabaksbladeren boven de openingen van de klokkenlantaarn opvallen. De koppen, gekroond met (Pinkster)vuur waaruit water stroomt, willen mogelijk de verkondiging van het evangelie verbeelden. De toren is de enige echte baroktoren van Nederland. 4) En aan al die welvaart heeft Roelof natuurlijk zijn steentje bijgedragen. Zo ziet het er nu uit:

De toren van de Grote Kerk (Wikipedia/Bourdon16)

En elke keer als ik naar het noorden des lands reis en Amersfoort gepasseerd ben kijk ik uit naar die witte toren, vooral als de zon schijnt al van ver zichtbaar. Maar steeds later en korter door de industriële vooruitgang…

BOERENDE NIJE BOEREN
Op de Veluwe hebben een vijftal archieven zich verenigd in het Streekarchivariaat Noordwest Veluwe en op hun website is een mooie verzameling te vinden van diverse genealogische vondsten. Zo lezen we in de Uittreksels protocol van bezwaar ORA Doornspijk 1803-1810 (ORA betekent Oude Rechterlijke Archieven) het volgende:
“Verschenen Frans Mulder en Grietje Nieboer echtel. lenen f. 500,- van Roelof Nieboer (onze Roelof, dus) wonende te Nijkerk, onderpand 4 gresen (1 gres is ca 0,28 ha)"de Pasmaate" gen. eerder omschreven en 4 gresen "Koolwagensland" gen. get. 1 feb 1811”. 5) Het gaat hier om Grietje Eijberts Nieboer/Nijeboer, een dochter uit het tweede huwelijk van Roelofs tante Annitjen Nieboer (320.6). Nog meer Nieboeren en deze keer uit de agrarische sector: dat zal bij Roelofs vader Peter blijken.

BRONNEN:
1) erfmaking ter bevoordeling boven anderen van gelijke graad
2) erfstelling over de hand, dit is erfmaking waarbij erfgenaam de erfenis moet bewaren en aan een derde moet overdragen. Ook goed dat niet verkocht mag worden maar in een familie moet blijven
3) afkomen, afwentelen, afrollen
4) Wikipedia
5) 6001 Oud Rechterlijk Archief van de Noordwest Veluwe (Gelders Archief code 0203) 1418-1811 Protocol van bezwaar van het kerspel Doornspijk 1803-1810 deel 891 fiche 345 via de website van het Streekarchivariaat.nl

Reacties

Populaire posts van deze blog

Andries Derks Homan en Marchje Jans Lovise

  INHOUD : De Witte Wieven Auguste Rodin Vastgoed van Jan Hendrik Lovise Het verdwenen land Verkoop roerende goederen Levende have Bronnen   DE WITTE WIEVEN Het is mooi weer en we gaan een eindje fietsen.    Het landschap hier in het noorden van Drenthe is afwisselend: we zien percelen met dan weer landbouw, veeteelt en hier en daar wat bos. De wegen zijn smal maar doordat het erg stil is heb je daar geen last van.    Net als in het westen moet je opletten voor de razende racefietsers. De onvermijdelijke vlaggen op z’n kop ontbreken ook hier niet: ‘blauw wit rood, boer in nood’. De huidige bebouwing met fraaie bungalows afgewisseld met gerestaureerde oude boerderijen staat in schrille tegenstelling tot de armoe van vroeger.    We slaan een zijweg in maar dat het een onverstandige keuze is zal spoedig blijken. De weg wordt steeds smaller en hobbeliger en het terrein loopt langzaam op. Bovendien verdwijnt de zon achter de wolken en een kil oostenwindje voert een natte damp aan. Verde

De mezenkast Update 18 juli 2021

In maart kreeg ik voor mijn verjaardag een mooi cadeau: een minicamera voor de mezenkast in de lijsterbes in de achtertuin. Daar hebben we al jaren succesvolle broedsels van koolmezen.  Aanvankelijk bleef de kast dit jaar onbewoond vanwege de kou in de lente maar half april was het zo ver. Er werden wat takjes naar binnen gegooid, die af en toe weer werden verplaatst.   Hoopvol keken we regelmatig naar het scherm van de iPad: er gebeurde niets meer.   “Zeker opgevreten door de katten” , mopperden we, hoewel we toch een kattengordel om de stam van de boom hadden laten bevestigen.  Tot onze verbazing bleken de koolmezen vorige week toch weer aan het werk te zijn gegaan. Of het ging om het zelfde koppel is niet bekend. Ze hebben ten slotte geen rugnummer.   Intussen is er een laag van mos, kleine takjes en hondenhaar ontstaan, dat door het vrouwtje wordt verbouwd tot een nestje. We noemen haar Neeltje.  De rol van de man (Arie) is tot nu toe alleen die geweest van – mede - aangever van

Ik had een oom...

Lang geleden maakte de schrijver Godfried Bomans deel uit van een panel in het radioprogramma Kopstukken. Mensen uit het publiek konden hem vragen stellen en vaak begon Bomans na enkele seconden wachten met "Ik had vroeger een oom..." om daarmee zijn betoog te beginnen. Nu had ik vroeger óók een oom en die bezat een motor, kijk maar: We zien hier Hendrik Christiaan (Henk) Barthel, een broer van mijn vader. De motor is een 500CC TWN S uit 1925, topsnelheid 130 kilometer per uur; TWN staat voor Triumph Werke Nürnberg. Waarom nu dit verhaal? Welnu, onlangs wilden mijn oudste zoon en zijn vriend mijn gereedschapskist lenen om een oude motor aan de praat te krijgen, die de vriend op de kop had getikt. Na enig sleutelen was hij erin geslaagd en het één en ander is op film vastgelegd. Zet het volume van je luidsprekers maar wijd open en luister vooral naar de claxon. Enjoy!